Mogelijkheden van pijnbestrijding

Mogelijkheden van pijnbestrijding

Over de mogelijkheden tot pijnbestrijding thuis, geef ik tijdens de online zwangerschapscursus uitgebreide uitleg.

Lachgas:

Dit wordt niet overal gebruikt. Je inhaleert het gas via een kapje. De werkzame duur is beperkt, dus het wordt vaak pas in laatste fase van bevalling gegeven. Veel vrouwen worden er suffig van. Het haalt de scherpte uit een wee, maar je wordt niet gevoelloos. Als bijwerking kan een paniekerig gevoel optreden.

Ruggenprik of epiduraal:

Deze prik in je ruggenmerg zorgt voor pijnverlichting of complete gevoelloosheid van het onderlichaam. Beweging is nog wel mogelijk, maar omdat je ook een infuus, een continu bloeddrukmeter, een CTG (2 elastieke banden om je buik om hartslag baby in de gaten te houden) en een blaaskatheter krijgt moet je vaak in bed blijven liggen. De ruggenprik wordt alleen gebruikt tijdens de ontsluitingsfase tot ongeveer 7 cm ontsluiting. Tijdens het persen moet je gevoel weer terug zijn, anders heb je meer kans op complicaties.

Pethidine/Morfine:

Dit middel wordt in losse injecties gegeven en werkt 2-4 uur.

Remifentanil:

Dit middel wordt via een pompje toegediend. De pomp mag je zelf bedienen, dus er is zelfcontrole over de pijnbestrijding. Het heeft een korte werkingsduur van zo’n 10 minuten. Je bloeddruk, hartslag en ademhaling kunnen erdoor gaan dalen. Daarom wordt het vaak alleen in de laatste fase van de bevalling gegeven en blijft er vaak een verpleegkundige bij je om je in de gaten te houden en krijg je continu bloeddrukcontrole.

Bij alle verdoving die je inbrengt in het lichaam moet je er rekening mee houden dat de stoffen de placenta passeren en dus ook het kind bereiken. Hiervoor wordt het kind goed in de gaten gehouden via een CTG (2 elastieke banden om je buik) of via inwendige monitoring (er wordt via de vagina een elektrode op het hoofd van het kind geplaatst).